+31-(0)6-40097552

info@livelystonesmission.nl

Volgende Dienst

  • 00

    days

  • 00

    hours

  • 00

    minutes

  • 00

    seconds

+31-(0)6-40097552

info@livelystonesmission.nl

Leven na de dood

Johannes 5:28-29

Verwondert u daar niet over, want de ure komt, in dewelke allen, die in de graven zijn, Zijn stem zullen horen; En zullen uitgaan, die het goede gedaan hebben, tot de opstanding des levens, en die het kwade gedaan hebben, tot de opstanding der verdoemenis.

Er komt een dag dat een ieder van ons, Christen of wat ook, zal ontdekken wat er voorbij de gordijn van de tijd is. De bijbel belooft het eeuwige leven aan sommige en aan andere verdoemenis. Door de geschiedenis heen hebben mensen zich altijd afgevraagd, “wat met mij wanneer ik sterf?”.

Lang voordat er een bijbel geschreven was observeerde de profeet Job de natuur. Hij sprak over de hoop van een boom, hoe het werd omgehakt, stierf maar, bij wijze van spreken, door de geur van water opsprong tot leven en verfrissend bloeide.

Als een man gestorven is, zal hij weder leven? Ik zou al de dagen mijns strijds hopen, totdat mijn verandering komen zou. Dat Gij zoudt roepen, en ik U zou antwoorden, dat Gij tot het werk Uwer handen zoudt begerig zijn. Maar nu telt Gij mijn treden; Gij bewaart mij niet om mijner zonden wil.(Job 14:14-16)

Job mocht misschien geen bijbel hebben gehad om te lezen maar hij wist dat God hem op een dag uit het graf zou doen opstaan wanneer de verlosser der mensen voort zou komen.
Och, of nu mijn woorden toch opgeschreven wierden. Och, of zij in een boek ook wierden ingetekend! Dat zij met een ijzeren griffie en lood voor eeuwig in een rots gehouwen wierden! Want ik weet: mijn Verlosser leeft, en Hij zal de laatste over het stof opstaan; En als zij na mijn huid dit doorknaagd zullen hebben, zal ik uit mijn vlees God aanschouwen; (Job 19:23-26)

De profeet Job sprak over de Heere Jezus Christus en de opstanding van zijn volk. Door openbaring wist Job dat, ook al zou zijn lichaam geheel ontbonden zou zijn, Jezus onze lichamen zal herstellen. En dat wij Zijn komst zullen aanschouwen. Gods mensen zien hier naar uit.

Echter, zo waar als God bestaat is er ook een duivel en zo zeker als er een Hemel is, zo zeker is er ook een hel. Er staat meer op het spel dan wat wij ons kunnen voorstellen. De Apostel Paulus zei, “Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben.” (1 Korinthiërs 2:9)

Ons verstand kan niet bevatten hoe voortreffelijk de Hemel zal zijn, noch kunnen wij de verschrikkingen van de hel bevatten. Jezus vertelde ons dat de hel zo verschrikkelijk was, dat het zelf beter zou zijn om één ledemaat hier op aarde minder te hebben, als je door die ledemaat naar die verschrikkelijke plek zou gaan.

En indien uw hand u ergert, houwt ze af; het is u beter verminkt tot het leven in te gaan, dan de twee handen hebbende, heen te gaan in de hel, in het onuitblusselijk vuur;(Marcus 9:43)

Dus wie gaat er naar de Hemel? En wie gaat er naar de hel? Het is een betreurenswaardige gedachte maar Jezus zei dat vele de beloning, die Hij graag geeft, niet zullen ontvangen: “Gaat in door de enge poort; want wijd is de poort, en breed is de weg, die tot het verderf leidt, en velen zijn er, die door dezelve ingaan; Want de poort is eng, en de weg is nauw, die tot het leven leidt, en weinigen zijn er, die denzelven vinden. (Matthéüs 7:21-23)

Jezus zei ook, “Niet een iegelijk, die tot Mij zegt: Heere, Heere! zal ingaan in het Koninkrijk der hemelen, maar die daar doet den wil Mijns Vaders, Die in de hemelen is. Velen zullen te dien dage tot Mij zeggen: Heere, Heere! hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd, en in Uw Naam duivelen uitgeworpen, en in Uw Naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij, die de ongerechtigheid werkt! (Matthéüs 7:21-23)

Slechts omdat een persoon het Christendom claimt, wil niet zeggen dat hij gered is. Dus dit is dan een voor de hand liggende vraag die ons bezig houdt: Hoe ontvangen wij het eeuwig leven? Jezus gaf ons een simpel antwoord: “Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven.” (Johannes 5:24)

Helaas zijn er weinig mensen die, in hun drukke schema, de tijd nemen om Gods Woord te horen. En er zijn nog minder die het geloven wanneer zij het eenmaal gehoord hebben.

Kerken vertellen ons om een goed mens te zijn, positief te denken, niet te liegen, bedriegen of te stelen want dan gaan ze naar de Hemel. Zij begrijpen niet dat de hel vol zal zijn met mensen die schijnbaar een goed leven leidden. De realiteit is niet dat we naar de Hemel gaan voor rechtvaardige daden of omdat lid van een bepaalde gemeente waren. Er is maar één weg naar het eeuwig leven en dat is door Jezus Christus. Hij instrueerde ons dat wij in zijn Woord moesten geloven, welke de bijbel is. Hoe anders kunnen we gered worden?

Wanneer de dag des oordeels voor u komt, zult u horen: “Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld.” (Matthéüs 25:34) of zult u horen: “Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is.”

Terwijl uw ogen deze woorden lezen, heeft u een keuze te maken. Kiest u om Gods woord te geloven?

 

Waar brengt u de eeuwigheid door?

 

Referenties

 

Job 14:12-16

Alzo ligt de mens neder, en staat niet op; totdat de hemelen niet meer zijn, zullen zij niet opwaken, noch uit hun slaap opgewekt worden. Och, of Gij mij in het graf verstaakt, mij verborgt, totdat Uw toorn zich afkeerde; dat Gij mij een bepaling steldet, en mijner gedachtig waart! Als een man gestorven is, zal hij weder leven? Ik zou al de dagen mijns strijds hopen, totdat mijn verandering komen zou. Dat Gij zoudt roepen, en ik U zou antwoorden, dat Gij tot het werk Uwer handen zoudt begerig zijn. Maar nu telt Gij mijn treden; Gij bewaart mij niet om mijner zonden wil.


Job 19:23-26

Ontfermt u mijner, ontfermt u mijner, o gij, mijn vrienden! want de hand Gods heeft mij aangeraakt. Waarom vervolgt gij mij als God, en wordt niet verzadigd van mijn vlees? Och, of nu mijn woorden toch opgeschreven wierden. Och, of zij in een boek ook wierden ingetekend!

Matthéüs 7:21-23

Niet een iegelijk, die tot Mij zegt: Heere, Heere! zal ingaan in het Koninkrijk der hemelen, maar die daar doet den wil Mijns Vaders, Die in de hemelen is. Velen zullen te dien dage tot Mij zeggen: Heere, Heere! hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd, en in Uw Naam duivelen uitgeworpen, en in Uw Naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij, die de ongerechtigheid werkt!

Matthéüs 22:14

Want velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.

Johannes 3:16-17

Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden.

Johannes 5:24

Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven.

I Korinthiërs 2:9

God is getrouw, door Welken gij geroepen zijt tot de gemeenschap van Zijn Zoon Jezus Christus, onzen Heere.

I Thessalonicensen 4:13-18

Doch, broeders, ik wil niet, dat gij onwetende zijt van degenen, die ontslapen zijn, opdat gij niet bedroefd zijt, gelijk als de anderen, die geen hoop hebben. Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en opgestaan, alzo zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus, weder brengen met Hem. Want dat zeggen wij u door het Woord des Heeren, dat wij, die levend overblijven zullen tot de toekomst des Heeren, niet zullen voorkomen degenen, die ontslapen zijn. Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem des archangels, en met de bazuin Gods nederdalen van den hemel; en die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan;
Daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen te zamen met hen opgenomen worden in de wolken, den Heere tegemoet, in de lucht; en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen. Zo dan, vertroost elkander met deze woorden.